Otmar Issing: "Vertrek uit de euro mag geen taboe zijn"

Otmar Issing: "Vertrek uit de euro mag geen taboe zijn"

Landen die zich structureel niet aan de afspraken houden moeten de mogelijkheid hebben de euro te verlaten. Dat zei econoom en voormalig centraal bankier Otmar Issing in een interview met Der Tagesspiegel. Het verlaten van de muntunie moet volgens hem bespreekbaar zijn als het conflict tussen landen te groot wordt.

"Tot op heden is er geen mogelijkheid voor landen om de monetaire unie te verlaten. De toetreding wordt gezien als iets wat onomkeerbaar is, voor eeuwig zo te zeggen. Als conflicten zo extreem worden als gevolg van wanbeleid van een of meerdere landen, dan kan de kwestie van het verlaten van de muntunie geen taboe blijven."

Deze uitspraken van Otmar Issing zijn opvallend, als je bedenkt dat hij van 1998 tot en met 2006 nog aan het hoofd van de Europese Centrale Bank stond. In deze periode zag hij toe hoe twaalf landen de overstap maakten van hun nationale munt naar de gemeenschappelijke euro. Sindsdien is de muntunie verder uitgebreid en zijn er al 19 verschillende landen die de euro gebruiken. Daarnaast zijn er tal van andere landen en kleinere staten waar men de euro accepteert.

'Euro is een stabiele munt'

De euro bestaat inmiddels twintig jaar en is in die tijd uitgegroeid tot de belangrijkste valuta na de Amerikaanse dollar. Volgens Issing is de euro een zeer stabiele munt gebleken, omdat de inflatie op jaarbasis sinds de invoering gemiddeld 1,7% was. Hij merkt op dat dit veel lager is dan de gemiddelde inflatie van 2,8% met de Duitse Mark in de vijftig jaar voor de euro.

Volgens Issing kent de euro ook zwakheden. Hij merkt op dat er grote economische verschillen zijn tussen de lidstaten van de muntunie. In bepaalde landen was men gewend de staatsschulden op te laten lopen en de lonen regelmatig te verhogen, waarbij het instrument van devaluatie werd gebruikt om te compenseren.

Met de komst van de euro is er geen mogelijkheid meer om te devalueren, wat betekent dat landen beter op hun uitgaven moeten letten. Daarvoor zijn hervormingen nodig, maar als die niet worden doorgevoerd ontstaan er problemen.

Issing noemt Italië als voorbeeld van een land waar het mis gaat. De Italiaanse regering houdt zich niet aan de afspraken en lijkt dat zelfs opzettelijk te doen. Als er op deze manier conflicten ontstaan met één of meerdere landen in de muntunie, dan mag er volgens Issing geen taboe meer rusten op een eventueel vertrek uit de muntunie.

Dit artikel verscheen eerder op Goudstandaard

Frank Knopers

Frank Knopers

Frank Knopers studeerde bedrijfswetenschappen aan de Universiteit Twente in Enschede en behaalde een Master in Financial Management met een onderzoek naar de effectiviteit van waardebeleggen (value investing) in Nederland. Sinds het uitbreken van de financiële crisis is Frank zich gaan verdiepen in het geldsysteem en de goudmarkt.

Lees alles van Frank Knopers »