Is de gekte met Bitcoin de nieuwe tulpenmanie? (Deel 2)

Is de gekte met Bitcoin de nieuwe tulpenmanie? (Deel 2)

Begin dit jaar vergeleek Gabriel Makhlouf, ECB-bestuurslid en gouverneur van de Ierse centrale bank, diverse keren de opkomst en koersstijging van Bitcoin met de beruchte tulpenmanie uit de 17e eeuw. Toen de manie op haar hoogtepunt was kostte de duurste tulp evenveel als een Amsterdams grachtenpand.

De vraag is of deze ECB bestuurder, die een punt wil maken, ook daadwerkelijk een punt heeft. Is de Bitcoingekte van nu te vergelijken met de tulpenmanie van toen? Daarvoor gaan we in deze serie kijken wat er destijds gebeurde. Waarom werd de tulp zo populair, zo duur en hoe verliep die tulpenmanie? En is de vergelijking met Bitcoin terecht? In het eerste deel zagen we dat innovatie in de economie zeer belangrijk is. De daarop volgende innovatie in de financiële wereld en speculatie met tulpenbollen, zullen we in dit deel behandelen.

Tulpenspeculatie

Tot circa 1634 hielden alleen professionele kwekers en rijke hobbyisten zich bezig met de tulpenhandel. De tulpenbollen moeten in oktober of november worden geplant. Ze hebben een koude winter nodig om te groeien. Vandaar dat tulpen hier in ons land goed gedijden. Tijdens de bloeiperiode van april tot juni, wanneer kopers de bloemen konden bekijken, kochten ze deze.

Naarmate de prijs van tulpenbollen verder steeg, raakten ook speculanten geïnteresseerd in de tulpenhandel. Niet om de tulpen zelf, maar om de stijgende prijzen en te verwachten winsten. Vanaf 1634 begonnen speculanten zich met de handel in te laten en ontstond een ongekende speculatiegolf in de noordelijke Nederlanden die vooral woedde in Amsterdam, Alkmaar, Haarlem, Hoorn, Enkhuizen, Medemblik, Utrecht, Leiden, Delft en Rotterdam. De speculanten noemden ze veelal floristen of bloemisten.

Eerste futuresmarkt

Tot dan toe werden tulpenbollen slechts gedurende een paar maanden verhandeld omdat ze bij verkoop ook daadwerkelijk van eigenaar wisselden. Speculanten echter begonnen tulpenbollen te verkopen die nog maar net geplant waren, nog in de grond zaten en die kopers nog nooit in bloei hadden gezien. Er werden dus niet langer tulpenbollen verhandeld, maar uitsluitend contracten. En dat ging het hele jaar door. De contracten noemden ze ‘briefjens’. Ondertekende overeenkomsten met omschrijving van de overeengekomen voorwaarden voor levering en verplichte afname in de toekomst.

Er ontstond dus eigenlijk wat nu bekend staat als een termijnmarkt, ook wel futureshandel genoemd. Tulpenbollen wisselden diverse keren van eigenaar terwijl de bollen al die tijd nog in de grond zaten. Het nieuwe verschijnsel noemden ze destijds windhandel. Het was bijzonder populair onder kleine zelfstandigen die droomden van snelle rijkdom. Vooral onder wevers omdat deze hun kostbare weefgetouwen als onderpand konden gebruiken voor het aantrekken van het benodigde kapitaal.

De handel vond meestal plaats in speciale colleges, die bijeenkwamen in kroegen, herbergen en tapperijen. De verkoop geschiedde bij opbod of afslag volgens verschillende regels. De aankoopcontracten, genoteerd op briefjes, werden dan doorverkocht. De prijs die uiteindelijk voor een bol betaald moest worden, was afhankelijk van het gewicht bij het rooien. Dit was de 'azenhandel'. Een aas was een onder goudhandelaars gebruikte gewichtsmaat (1 aas = 0,048 gram).

Deze handel was illegaal omdat de Staten van Holland het verbood om zaken te verkopen die men niet zelf bezat. Naast de azenhandel in de colleges vonden ook openbare veilingen plaats van zogenoemd 'pondsgoed'. Dit waren waardeloze tulpen zonder fraaie kleurpatronen, die per pond voor hoge geldbedragen verkocht werden aan argeloze kopers.

Eerste optiehandel

De prijzen stegen zo hoog dat er innovatieve technieken in de speculatiewereld werden geïntroduceerd; zoals altijd om meer klanten te trekken. Voor een relatief klein bedrag, als aanbetaling, kon iedereen het recht krijgen om op een toekomstige datum een tulp te kopen tegen een vooraf bepaalde prijs. Tegen de tijd dat de tulp geleverd werd, zou dan de daadwerkelijke prijs betaald worden. Het geld had zich losgemaakt van de werkelijkheid die het evalueerde. Als op die datum de prijs van de tulp hoger was gestegen dan deze prijs, was de winst verzekerd -- zonder grote uitgaven. Dit type handel werd wat we tegenwoordig het kopen van een 'optie' noemen.

[caption id="attachment_3500" align="alignleft" width="350"] De tulp bekend als Viceroi getoond in het Tulpenboek van Haarlemse handelaar Pieter Cos. De bol werd bij hem op een veiling verkocht, afhankelijk van het gewicht, voor 3.000 tot 4.200 gulden.[/caption]

In 1635 was de tulpenkoorts in volle gang. Toen werd voor een bol van de paars-witte papegaaitulp Viceroi een prijs van 3.000 gulden betaald. Een ervaren vakman verdiende in die tijd ongeveer 300 gulden per jaar. Een anoniem pamflet, Claere ontdeckingh der dwaesheydt, wees er een jaar later op dat die bol daarmee evenveel waard was als 2 karrenvrachten tarwe, 4 karrenvrachten rogge, 4 vette ossen, 8 vette varkens, 12 vette schapen, 2 vaten wijn, 4 vaten bier, 2 tonnen boter, 1000 pond kaas, een bed, een zilveren kelk, een aantal kledingstukken plus een schip om dat allemaal te vervoeren.

In 1635 bracht de meest exotische en zeldzame tulpenbol, de Semper Augustus, 3.000 gulden op. In datzelfde jaar kreeg Rembrandt, op het hoogtepunt van zijn roem, slechts de helft daarvan betaald voor zijn grandioze schilderij Het feestmaal van Belsazar, met de getulbande Babylonische koning in al zijn glorie.

 

Tulpenmanie

In 1636 begonnen de prijzen voor tulpen steeds sterker te stijgen. In de winter van 1636 verdubbelden de prijzen van sommige bollen zelfs binnen een week tijd. De prijzen leken alleen maar te kunnen stijgen. Iedereen verdiende eraan. Dat verleidde veel Nederlanders ertoe om ook mee te doen in de hoop snel rijk te worden. Ze staken alles wat ze bezaten in tulpenbollen. In december 1636 en januari 1637 bereikten de prijzen hun hoogtepunt.

[caption id="attachment_3499" align="alignright" width="350"] De beroemdste en duurste tulp: de Semper Augustus[/caption]

Begin 1637 brachten tulpenbollen meer dan tien keer het jaarsalaris van een ervaren vakman op. Op het hoogtepunt, begin februari, werd op een veiling voor de Semper Augustus, zelfs 10.000 gulden betaald. Evenveel als destijds de duurste Amsterdamse grachtenpanden. En ter vergelijking: Rembrandt van Rijn kreeg een jaar later, in 1638, opdracht om voor 1.200 gulden een schilderij te maken, dat wereldberoemd zou worden als De Nachtwacht.

Publieke opinie

Terwijl de tulpengekte geen grenzen leek te kennen, keerde de publieke opinie zich steeds sterker tegen de tulpenspeculanten. Er verschenen voortdurend meer pamfletten waarin op steeds hardere of sarcastischere toon werd gewaarschuwd tegen deze speculatiepraktijken.

De schrijvers waren van mening dat de floristen uit geldzucht de godsdienst verwaarloosden. Zij gaven zich over aan de heidense Flora de bloemengodin uit de Romeinse mythologie. Aangezien Flora tevens de beschermgodin van prostituees was, werd zij vaak aangehaald in de pamfletten. De tulpenbollen die zeer snel van hand tot hand gingen werden dan vergeleken met Flora die de gewoonte had om haar lichaam te verkopen aan de hoogste bieder. Voor veel burgers was speculeren hetzelfde als gokken, dat destijds als een ernstige zonde werd gezien. De pestepidemie die ons land tegelijkertijd trof, werd door velen dan ook gezien als een straf van God.

Pamflet uit februari 1637 over de Tulpenmanie

De bekendste pamfletten uit die tijd zijn de drie samenspraken van Waermondt en Gaergoedt. De laatste (zijn naam betekent: geldwolf) is een ex-tulpenspeculant die spijt heeft van zijn daden en tegenover zijn vriend Waermondt ('waarheidsspreker') een boekje opendoet over de floristenwereld. Ook verschenen enkele pamfletten waarin de tulpenhandel verdedigd werd, waaronder Het tooneel van Flora uit Alkmaar. Deze waren vermoedelijk geschreven in opdracht van tulpenkwekers die hun goede naam door de speculanten in diskrediet gebracht hadden zien worden.

De crash naderde.

Wordt vervolgd...

Eric Mecking

Eric Mecking

drs. Eric Mecking is historicus, schrijver, spreker, financieel-economisch analist en adviseur. Hij heeft zich gespecialiseerd in cyclisch denken en beursanalyses. Zijn unieke cyclische beleggingssysteem - Trend Tracker - gebruikt hij om te handelen op de financiële markten en om de belangrijkste beursontwikkelingen bij te houden voor Geotrendlines.

Lees alles van Eric Mecking »