Digitaal centralebankgeld: De strijd tussen publiek en privaat geld

Digitaal centralebankgeld: De strijd tussen publiek en privaat geld

Alleen centrale banken zouden het recht moeten hebben om digitale munten uit te geven. Dat zei Augustin Carstens van de Bank for International Settlements (BIS) eind januari in een toespraak voor het Hoover Instituut. Ook sprak hij zich zeer kritisch uit over virtuele munten - zoals Bitcoin - die volgens hem niet voldoen aan de definitie van geld.

Volgens de BIS moeten centrale banken een centrale rol vervullen in de ontwikkeling van digitaal geld en virtuele munten. Centrale banken zouden beter in staat de geldhoeveelheid en de veiligheid van het betaalsysteem te bewaken. Maar is dat wel zo? En wat betekent digitaal centralebankgeld voor de toekomst van ons geld?

Welke landen werken aan digitaal centralebankgeld?

Verschillende centrale banken werken al aan digitaal centralebankgeld ter vervanging van munten en bankbiljetten. In sommige gevallen alleen voor transacties tussen banken en centrale banken, maar in de meeste gevallen voor algemeen gebruik door consumenten en bedrijven. China is de eerste die al experimenten uitvoert, terwijl andere centrale banken deze technologie binnen een paar jaar willen lanceren. De ECB wil binnen vijf jaar een digitale euro, terwijl de Bank of Canada zelfs binnen twee jaar een digitale munt in omloop wil brengen.

Centrale banken kijken aandachtig naar de Bahama's, want daar wordt deze nieuwe vorm van geld al een paar maanden echt gebruikt sinds de lancering van de 'Sand Dollar'. Dit is een digitaal geld dat iedereen - net als cryptovaluta - kan bewaren in een virtuele wallet op een mobiele telefoon. Voor een betaling is alleen internettoegang vereist. De centrale bank houdt namelijk alle transacties en tegoeden bij. Dit in tegenstelling tot virtuele munten, die alle transacties via tienduizenden computers wereldwijd bijhouden met blockchaintechnologie.

Steeds meer centrale banken werken aan digitaal centralebankgeld (Bron: BIS)

Wereldwijd bereiden centrale banken zich voor op de introductie van CBDC (Bron: BIS)

Wat is het verschil met cryptovaluta?

Het nieuwe digitale centralebankgeld zal voor de eindgebruiker veel overeenkomsten vertonen met cryptovaluta. Beide zijn digitaal en werken via een wallet op de mobiele telefoon. Ook bieden beide het gemak van snelle 24/7 betalingen met betaalverzoeken en QR-codes. Toch zit er achter de schermen een fundamenteel verschil tussen digitaal centralebankgeld en cryptovaluta, zoals Bitcoin.

In het eerste geval houdt de centrale bank zelf alle tegoeden en transacties bij. Dat betekent dat de centrale bank ook de regels bepaalt van het digitale centralebankgeld. Ze kunnen het betalingsverkeer nauwkeurig volgen en precies nagaan waar, wanneer en hoeveel geld mensen uitgeven. Deze uiterst waardevolle informatie is nu nog alleen in handen van commerciële banken. Met de lancering van digitaal centralebankgeld zou die informatie dus ook in handen komen van centrale banken.

Bitcoin en andere virtuele munten daarentegen vormen privaat geld. Er is namelijk geen centrale autoriteit die de regels kan veranderen. In plaats daarvan is er een fijnmazig netwerk van vele tienduizenden computers die nieuwe transacties controleren en toevoegen aan de blockchain. Dit systeem kost ontzettend veel stroom - inmiddels zelfs meer dan heel Nederland - maar is vrijwel onmogelijk te stoppen. Daarvoor zou het internet wereldwijd moeten uitvallen of zou een supercomputer gebouwd moeten worden die meer rekenkracht heeft dan de rest van het wereldwijde netwerk.

Hoe moet digitaal centralebankgeld eruit zien?

Het betalingsverkeer wordt nu grotendeels gefaciliteerd door commerciële banken en verschillende fintech bedrijven. Maar door de opkomst van cryptovaluta voelen centrale banken de noodzaak zich in de strijd te mengen met hun eigen virtuele munt in de vorm van digitaal centralebankgeld. We komen daarmee op een zeer belangrijk kruispunt in de evolutie van ons geldsysteem.

Kiezen we voor digitaal centralebankgeld? Dan accepteren we dat overheden en centrale banken alle controle krijgen over ons geld. Dat betekent dus meer financiële repressie en minder individuele vrijheid. Zeker als overheden en centrale banken daarna contant geld gaan uitfaseren. Neemt de weerstand tegen centrale banken toe, bijvoorbeeld door negatieve rente, dan kan er ook een vlucht uit fiat valuta ontstaan. Daar kunnen edelmetalen en virtuele munten als vormen van privaat geld van van profiteren. Sander Boon sprak onlangs bij GoldRepublic al uitgebreid over deze strijd tussen publiek en privaat geld, die grote gevolgen kan hebben voor uw vermogen.

https://www.youtube.com/watch?v=y7sHDWR2-u8

Publiek of privaat geld?

De BIS beschrijft in haar rapport verschillende implementaties van geldsystemen. Naast een verdeling tussen publiek en privaat geld kunnen we ook een onderscheid maken in de toegang tot het betalingsverkeer. Dat kan geregistreerd door middel van accounts of anoniem door middel van tokens. In het eerste geval is het betalingsverkeer gekoppeld aan je identiteit (bijvoorbeeld een bankrekening), in het tweede geval aan een instrument dat je bezit (bijvoorbeeld contant geld).

In het ontwerp van digitaal centralebankgeld moeten centrale banken daarin een keuze maken. Gaan ze voor een centrale boekhouding, vergelijkbaar met die van commerciële banken? Of kiezen ze voor blockchaintechnologie om het betalingsverkeer decentraal te verwerken? Naar alle waarschijnlijkheid wordt het de eerste optie, want in het tweede geval zouden centrale banken vrijwillig de controle over hun digitale munt uit handen geven.

Er zijn verschillende implementaties mogelijk voor digitaal centralebankgeld (Bron: BIS)

Wie krijgt controle over het geld?

Centrale banken willen met digitaal centralebankgeld de ruimte opvullen tussen contant geld en banktegoeden bij commerciële banken. Daarmee trekken ze in feite de controle over het geldsysteem verder naar zich toe, zoals het diagram hieronder laat zien. Digitaal centralebankgeld wijkt af van contant geld in de zin dat het - zoals de naam al zegt - digitaal is. Ook is het in tegenstelling tot banktegoeden en cryptovaluta centraal aangestuurd. Het gaat dus niet alleen om digitalisering van geld. We zien hier ook een strijd tussen publiek en privaat geld.

Digitaal centralebankgeld nestelt zich tussen contant geld en banktegoeden (Bron: BIS)

Het volgende vraagstuk waar centrale banken zich over buigen heeft betrekking op de implementatie. Momenteel houden commerciële banken al tegoeden aan bij de centrale bank in de vorm van bankreserves. De vraag is of digitaal centralebankgeld beperkt moet blijven tot transacties tussen financiële instellingen of dat het voor iedereen toegankelijk moet zijn via een wallet op de mobiele telefoon. Dat laatste is bijna een vereiste als centrale banken echt een alternatief willen bieden voor cryptovaluta.

Wat zeggen centrale banken over virtuele munten?

Het is niet verwonderlijk dat centrale banken negatief zijn over virtuele munten. Volgens Christine Lagarde van de ECB maken virtuele munten witwassen en andere criminele activiteiten mogelijk. Janet Yellen, oud-voorzitter van de Federal Reserve, noemde Bitcoin een extreem inefficiënt betaalmiddel. Ironisch genoeg kreeg het betalingssysteem van de Amerikaanse centrale bank een paar dagen later te maken met een grote storing, die zelfs effect had op de obligatiemarkt.

Ook Carstens noemt verschillende nadelen die een doorbraak van Bitcoin en andere virtuele munten bij het grote publiek in de weg kunnen zitten. Zo verbruikt het netwerk van alle Bitcoin miners nu al meer stroom dan heel Zwitserland. Ook is er een harde limiet van 21 miljoen Bitcoin, waardoor het in de toekomst mogelijk minder lucratief wordt Bitcoin te minen. Dat terwijl miners een belangrijke rol vervullen in de verwerking van transacties op de blockchain. De laatste Bitcoin zal naar schatting echter pas in 2140 worden 'gedolven'. Dat de groei van het aantal virtuele munten door halveringen afneemt hoeft geen probleem te zijn. Als de prijs van Bitcoin hoog genoeg is blijft het interessant om te minen.

Doordat we steeds dichter bij de limiet van het aantal Bitcoin komen zouden de transactiekosten en de wachttijden voor transacties in de toekomst wel eens flink kunnen oplopen, zo waarschuwt Carstens. Het netwerk zou daardoor kwetsbaarder kunnen worden voor aanvallen. Er zijn in dat geval minder miners actief om de integriteit van de blockchain te controleren. Of dat ook echt zo is, dat zal de tijd moeten uitwijzen. De techniek van virtuele munten staat immers nog in de kinderschoenen. Innovaties zoals het Lightning Network kunnen het probleem met schaalbaarheid oplossen.

Hoge transactiekosten en langere wachttijden kunnen nadelig zijn voor Bitcoin (Bron: BIS)

En wat te denken van stablecoins?

Ook de zogeheten stablecoins, virtuele munten gedekt door een onderliggende waarde, zijn volgens Carstens ongeschikt als betaalmiddel. Wanneer private organisaties hun eigen munt uitgeven kan dat op de lange termijn ook problemen opleveren. Bijvoorbeeld wanneer de dekking niet meer gegarandeerd kan worden.

Volgens Carstens zijn er genoeg historische voorbeelden van geldsystemen en beleggingen die op papier gedekt waren, maar uiteindelijk toch faalden. De verleiding om de dekking van het geld te veranderen bleek vaak toch moeilijk te weerstaan. Er zijn genoeg voorbeelden bekend van valuta die waardeloos zijn geworden, omdat centrale banken de schulden van overheden gingen financieren.

Volgens de topman van de BIS is streng toezicht daarom vereist om digitale munten te laten werken en de integriteit van het netwerk in stand te houden. Hij betwijfelt of de vrije markt daartoe in staat is. Hij is van mening dat centrale banken die rol het beste kunnen vervullen en zei daar het volgende over:

"Robuust geld staat centraal in onze vrijemarkteconomie. Centrale banken bevinden zich in een unieke positie om dit geld aan te bieden. Als digitale munten nodig zijn, dan zouden centrale banken deze moeten uitgeven. Als ze dat doen kan digitaal centralebankgeld een rol spelen als katalysator om de efficiëntie van het betalingsverkeer te verbeteren."

Het is natuurlijk de vraag of centrale banken wel voor die stabiliteit kunnen zorgen. Zij kunnen wel afdwingen dat mensen hun geld moeten gebruiken, maar ze kunnen de koopkracht ervan nooit garanderen. De geschiedenis heeft laten zien dat ook centrale banken geen vlekkeloos trackrecord hebben in het behouden van de koopkracht en stabiliteit van het geld.

Conclusie

De opkomst van digitaal centralebankgeld wordt niet alleen ingegeven door transitie naar elektronisch betalen. De laatste jaren hebben centrale banken samen met de bankensector al veel gedaan om het elektronische betalingsverkeer te optimaliseren. Denk bijvoorbeeld aan contactloos betalen in winkels, directe overboekingen tussen bankrekeningen en betaalverzoeken. Een wereld waarin digitaal geld van centrale banken en commerciële banken naast elkaar bestaat zou juist tot verwarring kunnen leiden. Het onderscheid tussen beide vormen van geld is voor de gemiddelde consument immers niet zo duidelijk.

Met de introductie van digitaal centralebankgeld gaan centrale banken ook concurreren met commerciële banken. Dat zou de stabiliteit van het financiële systeem kunnen ondermijnen. Denk bijvoorbeeld aan een scenario waarin mensen massaal spaargeld van commerciële banken verplaatsen naar de centrale bank. Centrale banken kunnen dit ontmoedigen met financiële repressie, bijvoorbeeld met negatieve rente of beperkingen aan het tegoed in digitaal centralebankgeld. Dit kan natuurlijk ook averechts werken, in de zin dat mensen dan vluchten naar edelmetalen en virtuele munten.

Waarom kiezen centrale banken nu eigenlijk voor hun eigen digitale variant? Een meer speculatieve verklaring is dat er een groter plan zit achter de lancering van digitaal centralebankgeld. Het is immers een wereldwijde trend waar tientallen centrale banken mee bezig zijn. Het zou ook kunnen dat ze meer controle over het geldsysteem willen in de aanloop naar een mogelijke 'Great Reset'. Wat dat precies betekent zullen we in een toekomstig Insider artikel bespreken.

Lees ook:

Frank Knopers

Frank Knopers

Frank Knopers studeerde bedrijfswetenschappen aan de Universiteit Twente in Enschede en behaalde een Master in Financial Management met een onderzoek naar de effectiviteit van waardebeleggen (value investing) in Nederland. Sinds het uitbreken van de financiële crisis is Frank zich gaan verdiepen in het geldsysteem en de goudmarkt.

Lees alles van Frank Knopers »